Ik zal proberen om zo eenvoudig mogelijk uit te leggen wat de klonen zijn en hoe ze ons ras beinvloeden. Om dit zo goed mogelijk te begrijpen, raad ik aan om eerst het artikel "Foundation" te lezen.
In 1978, een kat genaamd Heidi Ho Sonkey Bill was geboren. Hij was zowel de zoon als de dubbele kleinzoon van Andy en Bridget Katt of Heidi Ho. Zijn vader was de zoon van deze twee katten en de ouders van zijn moeder waren ook nakomelingen van deze twee katten. Het inteelt percentage van Sonkey in 4 generaties is dan ook 37,5%. Hieronder zie je zijn stamboom met kleurmarkeringen voor de voorouders die dubbel voorkomen.
Toen Sonkey was verpaard met Tanstaafl Polly Adeline, bleken hun kittens ongelooflijk veel op elkaar te lijken. Ze leken zoveel op elkaar, bijna alsof ze gekloond waren.
Als je daar twee keer over nadenkt dan is dat ook niet zo raar. Hun genen moesten vanwege de hoge inteelt grotendeels gelijk zijn. Maar hoe hebben ze de bijname "klonen" gekregen? Hieronder legt Beth Hicks (cattery Tanstaafl) het in haar eigen woorden uit:
De term "klonen" werd gegeven aan de katten uit het nest geboren in april 1982. Er was een grote TICA show in New York. Lynne en ik waren daar samen met Bunty Washburn, Carol Pedley, Mary Buckmaster en veel andere Maine Coon fokkers. Zowel Molly Brown (een brown tabby) en Mary's Heidi Ho Lady Arwin (een silver mack tabby) werden Supreme Grand Champions tijdens deze show. We waren allemaal samen in een hotelkamer die avond toen we Connie belden om het nieuws te vertellen. Terwijl we Connie aan de telefoon hadden, zei iemand: "Zeg tegen Connie dat we weten dat ze haar katten gewoon kloont en in andere kleuren verft!"
Hier is de link naar het interview met Beth Hicks.
Dus wanneer we vandaag de dag praten over de klonen, dan hebben we het over de zonen en dochters van Sonkey and Polly. HIeronder zie je hun stamboom:
De klonen werden zoveel gebruikt in fokprogramma's, doordat hun nakomelingen een goede showkwaliteit hadden en een goede omvang.
Veel fokker besloten dat een klein beetje goed was maar veel was nog veel beter!etter!
Ook al hebben de klonen zelf niet een heel hoog inteelt percentage (9.4%), er werd heel veel aan lijnteelt gedaan met de klonen zelf en hun nakomelingen.
Vandaag de dag hebben veel Maine Coons 35% aan klonen in hun stamboom, soms zelfs tot 50% aan klonen. Wanneer je de stambomen van de Maine Coons van vandaag gaat analyseren, zul je ontdekken dat dit het "speciale" koppel is welke zo veel voorkomt in de stambomen. Als je start met zoeken zul je ook ontdekken dat een Maine Coon die geen "Nieuw Foundation" bevat maar wel een klonen percentage heeft van 20-25% of lager, praktisch onmogelijk is om te vinden, zelfs over de hele wereld. Dit is angstaanjagend denk ik. Ongeveer 10-15 jaar geleden kon je nog steeds exemplaren vinden van zeldzame lijnen die bijna geen klonen bevatten.
De klonen zijn:
* Heidi Ho Annabel Lee of Tycoon
* Heidi Ho Aurora of MtKittery
* Heidi Ho Barnaby Katt
* Heidi Ho Camille of Calicoon
* Heidi Ho Canth of Tanstaafl
* Heidi Ho Coon Victoria
* Heidi Ho Just Plain Bill Katt
* Heidi Ho Justin Morgan Katt
* Heidi Ho Lady Arwen of Mary B
* Heidi Ho Lovey Mero of Meunerie
* Heidi Ho Molly Brown of Tanstaafl
* Heidi Ho Percival of Meunerie
* Heidi Ho Portius of Olde Farm
* Heidi Ho Rachel Adeline
* Heidi Ho Richard III of Charmalot
* Heidi Ho Sasquatch of Ktaadn
* Heidi Ho Wilyum of Ktaadn
Meer detail informatie over deze katten kun je vinden in de Pawpeds Maine Coon database.
Er zijn ook andere nakomelingen van andere verparingen van de top 5 Maine Coons.
Goed, nu zullen we eens nadenken in percentages.
Stel je je voor dat de stamboom van je kat bestaat uit 100 katten = 100%.
Laten we zeggen dat je kat 50% klonen heeft in de stamboom. Dit zijn dan 50 katten van de 100. Dit betekent dat de helft van alle katten in de stamboom van je kat afkomstig zijn van dezelfde broers en zussen!
Als in plaats daarvan je kat een klonen percentage heeft van 25%, dan betekent dit dat 25 van de 100 katten klonen zijn. Dan bestaat in dit geval! een kwart van de stamboom van je kat uit deze 17 broers en zussen!
Als een percentage moet worden genoemd als een goede klonen waarde, dan moet dit ergens rond de 10% in klonen zijn. Dat is een percentage waar zelfs de ervaren outcrossfokkers niet in slagen om te hebben bij meer dan een paar katten vanwege het ontbreken van Nieuw Foundation en katten die een erg laag klonen percentage hebben.
Ik hoor heel vaak "Oh mijn god! Dat was meer dan 30 jaar geleden! Dat heeft toch geen effect op onze katten van vandaag?"
Het heeft helaas wel effect op de katten van vandaag. Het maakt niet uit hoe hard we proberen onze koppen in het zand te steken, we kunnen niet ontkennen dat het een grote genetische bottleneck is waar we mee moeten dealen met onze Maine Coons. We kunnen er niet omheen en we moeten samenwerken voor ons ras om het gemiddelde klonen percentage omlaag te krijgen. Niet iedereen hoeft te werken met Nieuw Foundation, maar iedereen kan de klonen waarde in de gaten houden en deze langzaam stukje voor stukje omlaag brengen.
Ik maak vaak de vergelijking met een klomp deeg (het deeg staat gelijk aan de hele Maine Coon populatie). We hebben een klein beetje zout (de klonen) aan het deeg toegevoegd om het een beetje meer smaak te geven. Een klein beetje zout maakt het geheel een stuk lekkerder, dus besloten we om steeds meer zout toe te voegen. Aan het eind, wordt het deeg ontzettend zout, zo zout dat het deeg voor 30-35% uit zout bestaat. Het maakt niet uit hoe we het deeg kneden, of hoeveel stukken we splitsen en weer samenvoegen, het deeg blijft altijd te zout. Zelfs 30 jaar later. Om het deeg minder zout te maken moeten we nieuw deeg toevoegen wat geen zout bevat. Voor het Maine Coon ras doen we dit door New Foundation toe te voegen, of katten die ongerelateerd zijn aan de klonen.
Door: Malin Sundqvist
Dagdrivarn (www.dagdrivarn.se)
Vertaald door: Debbie Sprenger